Mulier Instituut: zorgen over ruimte voor sport in Nederland

Zonder extra inzet van gemeenten bestaat het risico dat de ruimte voor sport en beweging in Nederland afneemt in plaats van toeneemt. Dat blijkt uit het Jaarrapport Ruimte voor sport en bewegen 2025 van het Mulier Instituut, dat onderzoek doet naar sport. Het onderzoeksbureau maakt zich daar zorgen over, omdat de behoefte aan ruimte voor sport juist toeneemt. Het gaat onder meer om sportaccommodaties zoals voetbalvelden en gymzalen en de daarbij behorende kleedkamers, kantines en verlichting. Ook betreft het sport- en beweegmogelijkheden die bestaan uit plekken specifiek ingericht voor sport zoals ruiterpaden en mountainbikeroutes. Verder horen er ook voorzieningen bij die niet specifiek daarvoor zijn aangelegd maar die wel voor sport gebruikt kunnen worden, zoals fietspaden en parken. En als laatste gaat het om sportevenementen in de openbare ruimte. In de Nota Ruimte van de Rijksoverheid staat dat voorzieningen voor sportbeoefening belangrijk zijn voor de kwaliteit van leven. De nabijheid van sportverenigingen draagt bij aan de fysieke en mentale gezondheid van mensen. Woningbouw en wachtlijsten Een van de factoren die invloed hebben op de ruimte voor sport is woningbouw. "Soms moet de ruimte voor sport en bewegen plaatsmaken voor concurrerende ruimtevragen, zoals woningbouw", staat in het rapport. In een op de vijf gemeenten heeft de afgelopen tien jaar op een of meerdere sportparken woningbouw plaatsgevonden. In de meeste gevallen is de ruimte voor sport gecompenseerd. Door demografische ontwikkelingen zoals groei, krimp en vergrijzing verandert de behoefte aan sportaccommodaties. Stedelijke regio's hebben moeite om het sportaanbod met de bevolkingsgroei mee te laten groeien. Een op de acht sportverenigingen heeft een wachtlijst of ledenstop. Het is volgens het rapport vaak de jeugd die niet terechtkan bij de verenigingen, hoewel de behoefte bij die groep groot is. Dat blijkt uit het Jongerenmanifest . Er zijn ook zorgen over sportvoorzieningen in landelijke gebieden. "Ook is er een toenemende druk op natuur- en recreatiegebieden, waardoor sport hier soms voor moet wijken", aldus het instituut. Om voldoende ruimte te creëren voor sport ontwikkelt het instituut in 2026 samen met het RIVM en met steun van het ministerie van VWS een nationale richtlijn voor gemeenten. Dat plan moet gemeenten handvatten bieden bij ruimtelijke planning en het maken van keuzes.