Nederlandse boeren krijgen niet opnieuw een uitzonderingpositie om meer mest te mogen uitrijden op hun land. Een verzoek daartoe van demissionair minister Wiersma van Landbouw is afgewezen door de Europese Commissie. Wiersma heeft de afwijzigingsbrief van verantwoordelijk Eurocommissaris Roswall naar de Tweede Kamer gestuurd. Ze noemt het besluit uit Brussel "zeer teleurstellend". "We hebben grondig naar de technische gegevens gekeken", schrijft Roswall. "En dat leidt tot de conclusie dat de voorwaarden voor een nieuwe uitzonderingspositie niet gehaald zijn." Waterkwaliteit Volgens de Eurocommissaris staat Nederland voor serieuze uitdagingen op het gebied van stikstof en mest. "Een verdere uitzonderingspositie zou de druk alleen maar vergroten, terwijl de waterkwaliteit en stikstofvervuiling grote problemen blijven." Nederlandse boeren hebben tot nu toe het recht om meer mest uit te rijden dan de regels voorschrijven. Die uitzonderingspositie was gebaseerd op ons gematigde klimaat met relatief veel regen en een natte bodem. Daardoor zou het uitrijden van mest minder nadelige effecten hebben. Maar sommige boeren sjoemelden met die extra ruimte waardoor de uitzonderingspositie, ook wel derogatie genoemd, onder druk kwam te staan. Bovendien beschermt Nederland de natuur niet voldoende tegen het schadelijke ammoniak dat vrijkomt bij het uitrijden van mest. Speerpunt BBB De derogatie is de afgelopen jaren afgebouwd en zou volgend jaar helemaal verdwijnen. Het was juist een van de speerpunten van Wiersma en haar partij BBB om opnieuw een uitzonderingspositie te krijgen, maar dat is dus niet gelukt. De minister haalt de laatste tijd op veel van haar plannen bakzeil. Zo ging de door haar gewenste versoepeling van de mestregels, zodat er ook dichter bij sloten mest uitgereden mag worden, niet door. Gisteren gaf de Raad van State nog een negatief advies over het wetsvoorstel van Wiersma om op een andere manier te gaan bepalen aan welke stikstofdoelen boeren moeten voldoen.