De Amerikaanse president Trump mag de Nationale Garde niet naar Chicago sturen, tegen de zin van de burgemeester van die stad in. Dat heeft het Hooggerechtshof geoordeeld, nadat een lagere rechter er maanden geleden al een stokje voor had gestoken. Volgens een meerderheid van het hof heeft het Witte Huis nog niet goed aannemelijk gemaakt dat de inzet van de Garde echt nodig is. Volgens Trump is deze afdeling reservisten van het Amerikaanse leger nodig om de "wetteloosheid" te bestrijden in de stad, omdat de lokale Democratische bestuurders daar niet in slagen. Burgemeester Johnson en gouverneur Pritzker (beiden Democraten) zeggen dat dat onzin is, omdat er überhaupt geen wetteloosheid is en de misdaad al jaren sterk afneemt in de stad. Zij hebben daarbij de cijfers aan hun zijde. Veel ruimte Het gebeurde het afgelopen jaar zelden dat het Hooggerechtshof Trump terugfloot. Dat bestaat voor de meerderheid (6 van de 9 leden) uit conservatieve rechters, die door Republikeinse presidenten zijn benoemd. Zij zijn geneigd om Trump veel ruimte te geven in het uitvoeren van zijn plannen tegen migranten en tegen progressief beleid van voorgangers. Zo gaven ze eerder Trump de ruimte om transgender mensen te weren uit het leger, tegen het advies van militair deskundigen en burgerrechtenorganisaties in. Drie conservatieve rechters stemden dan ook tegen het besluit om de president in toom te houden: Alito, Thomas en Gorsuch. Daarentegen stemden andere conservatieve rechters zoals Kavanaugh en Coney Barrett - beiden eerder benoemd door Trump - tegen het plan. Zij maken in hun vonnis echter wel duidelijk dat ze misschien in een later stadium toch Trump zijn zin zullen geven, als die beter aannnemelijk kan maken dat de inzet van de Garde nodig is. Trump stuurde de Garde eerder naar progressieve en overwegend Democratische steden zoals Washington DC, Portland en New Orleans, waar veel protest is tegen het harde immigratiebeleid van Trump. Die inzet had geen noemenswaardig effect op de misdaadcijfers in die steden.