
Oud-veiligheidsadviseur van Trump John Bolton aangeklaagd
John Bolton, de voormalige veiligheidsadviseur van de Amerikaanse president Donald Trump, is aangeklaagd. Hij wordt ervan beschuldigd illegaal vertrouwelijke documenten te hebben meegenomen. Bolton heeft in een reactie op de aanklacht laten weten dat hij "het laatste doelwit is geworden" van het ministerie van Justitie. "Ik kijk ernaar uit om mijn aanklacht aan te vechten", besluit Bolton. De oud-veiligheidsadviseur was in de eerste termijn van Trump anderhalf jaar lang de Nationale Veiligheidsadviseur. Bolton en Trump botsten in die periode regelmatig over Iran, Afghanistan en Noord-Korea. In september 2019 ontsloeg de president Bolton, die zei een dag daarvoor al zelf zijn ontslag te hebben aangeboden. Prominent criticus De 76-jarige Bolton werd een prominent criticus. Een heet hangijzer was een boek met memoires uit 2020, daarin stelde hij onder meer dat Trump militaire hulp beloofde aan Oekraïne, in ruil voor belastende informatie over zijn rivaal Joe Biden. In het boek genaamd The Room Where It Happened noemde Bolton Trump ongeschikt voor het presidentschap. Het is de derde keer in korte tijd dat een politieke tegenstander van Trump wordt vervolgd. Eerder zijn voormalig FBI-directeur James Comey en New Yorks aanklager Letitia James al aangeklaagd. Zij deden onderzoek naar respectievelijk Trumps banden met Rusland en fraude door zijn familiebedrijf. Huiszoeking In augustus doorzocht de FBI het huis en het kantoor van Bolton. De huiszoekingen waren onderdeel van een FBI-onderzoek naar de vraag of Bolton in zijn boek uit 2020 geheime informatie heeft onthuld. Twee telefoons en een aantal documenten werden in beslag genomen. De advocaat van Bolton stelt dat de oud-veiligheidsadviseur niet onwettig informatie heeft gedeeld of achter gehouden.