Helpt een zelfopgelegde gokstop? 'Mijn gokdrang was niet gestild'

Helpt een zelfopgelegde gokstop? 'Mijn gokdrang was niet gestild'

Steeds meer mensen schrijven zich in bij het Cruks-register om te voorkomen dat ze nog naar het (online) casino gaan. Vanochtend werd bekend dat er op dit moment ruim 100.000 registraties zijn. Als je bij het Centraal Register Uitsluiting Kansspelen (Cruks) van de Kansspelautoriteit bent aangemeld, kom je minimaal zes maanden niet meer binnen bij legale gokbedrijven. Het is een manier om jezelf te beschermen als je wilt stoppen met gokken. Marten* schreef zich de afgelopen jaren al vier keer in. De eerste keer gaf hij overmoedig een gokstop op tot 2099. "Ik dacht, nu kan ik nooit meer gokken, tot ik erachter kwam dat ik me na zes maanden weer uit kon schrijven." Dat uitschrijven deed hij meerdere keren. Ook bezocht hij illegale goksites, waar het niet uitmaakt of je in het Cruks-register staat. Duizenden euro's per dag Het gokken begon toen hij op zijn zeventiende uit huis ging. "Ik begon met ongeveer vijf euro per dag, maar dat liep al snel op naar honderden en zelfs duizenden euro's. Ik totaal heb ik voor een halve ton vergokt, al mijn spaargeld van mijn ouders en grootouders, bedoeld voor mijn studie, is eraan opgegaan." Het gaat nu goed met Marten, hij heeft al een tijd niet meer gegokt, maar een verslaafde blijf je altijd, zegt hij. "Het register heeft wel nut, maar het is geen oplossing. Het werpt een drempel op, maar je moet het uiteindelijk zelf doen." De gokverslaving van Michael van Dijk begon toen hij 22 was, in 2021, het jaar dat gokken legaal werd en er overal reclames opdoken van gokbedrijven. Via zo'n advertentie waagde hij zijn eerste gok, waarmee hij een aardig bedrag won. Binnen een paar maanden was hij zwaar verslaafd. "Ik was een beetje een atypische gokverslaafde, was al heel snel buitensporig aan het gokken, maar ik kwam ook relatief snel tot het besef dat het zo niet door kon gaan. Dat was na anderhalf jaar, meestal is de periode voordat gokverslaafden aan de bel trekken langer." Van Dijk begon zich naar aanleiding van zijn verslaving te verdiepen in de gokindustrie. Dat leidde tot het boek U heeft helaas niets gewonnen, over zijn verslaving en hoe de industrie er alles aan doet om je verslaafd te houden. Bedenktijd Twee keer schreef Van Dijk zich in bij het Cruks-register. "De eerste keer had ik een gokstop ingesteld van twee jaar, maar ik schreef me na zes maanden weer uit. Ik wilde echt stoppen, ging in therapie, maar de gokdrang was niet gestild. Voor ik het wist was ik weer op mijn oude niveau." Na weer vijf maanden intensief gokken registreerde hij zich opnieuw bij Cruks. Deze keer voor tien jaar, en zijn registratie loopt nog steeds. De vuiligheid, zoals hij het zelf noemt, die hij ontdekte toen hij zich in de gokindustrie verdiepte bleek voor hem de ultieme motivatie om geen cent meer uit te geven aan het gokken. Toch heeft hij voor zichzelf nog een paar beschermingsmaatregelen genomen. Want eenmaal verslaafd, is altijd verslaafd, zegt ook Van Dijk. Hij heeft nu een leefgeldrekening, de rest van zijn geld wordt door zijn ouders beheerd. Van Dijk vindt de minimale registratie van zes maanden bij Cruks veel te kort. "Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een gokverslaafde na het stoppen meestal na een jaar en vier maanden een terugval krijgt. Ook vind ik dat het uitschrijven veel te makkelijk gaat. Met twee klikken zet je het stop, zonder waarschuwing of voorlichting over wat de gevolgen kunnen zijn. Als je die uitschrijving in een impuls hebt gedaan en je wilt het na bijvoorbeeld een halfuur weer ongedaan maken, kan dat niet omdat je dan eerst een bedenktijd van acht dagen krijgt." "En waarom geldt het register niet voor de TOTO en krasloten die je in winkels kan kopen?", vraagt hij zich af. "Die worden zoveel verkocht dat bijvoorbeeld mijn supermarkt om de hoek ze op bepaalde uren niet verkoopt omdat het anders te druk wordt." Hoewel hij in het register staat krijgt hij online ook nog steeds gokreclames te zien. Hij snapt wel hoe dat kan - in het Cruks-register sta je anoniem. "Maar dat zou toch anders moeten." * De volledige naam van Marten is bekend bij de redactie.